Vergroot je woordenschat met Digiwak!

Digiwak bevat 9046 woorden, verdeeld over groepen, thema’s en clusters. Bij elk woord is een afbeelding, een omschrijving en een voorbeeldzin opgenomen.

Verantwoording

De WAK

In 2010 werd aan de Universiteit van Amsterdam de Woordenlijst Amsterdamse Kinderen – kortweg WAK – ontwikkeld in opdracht van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (Kuiken & Droge, 2010). De WAK omvat zes woordenlijsten voor kinderen van groep 3 tot en met 8 in het primair onderwijs met als doel hun woordenschat te vergroten.

Een doorgaande lijn

Aan het eind van de basisschool dienen leerlingen idealiter over een woordenschat van zo’n 15.000 tot 17.000 woorden te beschikken (Sanders, 1990; Verhoeven & Vermeer, 1993, 2001). Veel leerlingen halen dat aantal niet; daarom is het belangrijk dat in het primair onderwijs systematisch aandacht wordt besteed aan vergroting van de woordenschat. Woordenschat is een belangrijke voorspeller van leesvaardigheid (Gorey, 2001; Loeb et al., 2007), terwijl leesvaardigheid op zijn beurt een voorspeller is van taalvaardigheid (Burke et al., 2009; Marulis & Neuman, 2010). Instrumenten als de WAK kunnen daarbij helpen. Samen met de Basiswoordenlijst Amsterdamse Kleuters (Mulder, Timman & Verhallen, 2009), de Basislijst schooltaalwoorden (Alons & Verhallen, 2010) en de Streefwoordenlijst voor de eerste twee leerjaren van het voortgezet onderwijs (Hacquebord, Alberts & Andringa, 2007) vormt de WAK een doorgaande lijn voor uitbreiding van de woordenschat van leerlingen.

Totstandkoming

Bij de ontwikkeling van de WAK vormde de woordenlijst van Schrooten en Vermeer (1994) het uitgangspunt. Deze lijst is aangepast en uitgebreid met woorden uit veel gebruikte taal- en zaakvakmethoden. De aldus ontstane lijst is voorgelegd aan leerkrachten van acht basisscholen, waarna de definitieve lijsten voor de verschillen jaargroepen tot stand zijn gekomen. De lijsten zijn onderverdeeld in thema’s (Vervoer, Natuur, Milieu, Reizen, Uiterlijk, enzovoort). De WAK bevat zowel frequente woorden (de pagina, het afval) , schooltaalwoorden (de schaal, de periode), vakspecifieke woorden (de beuk, de kringloop) als figuurlijk taalgebruik (je ogen de kost geven, de proef op de som nemen). Bij zelfstandige naamwoorden is het bijbehorend lidwoord opgenomen; bij werkwoorden staan naast de infinitief de verleden tijd en het voltooid deelwoord vermeld. Collocaties (op smaak brengen), vaste combinaties (ontlenen aan) en figuurlijk taalgebruik (de oren spitsen) zijn als één woord geteld. Woorden met meerdere betekenissen zijn op verschillende plekken opgenomen, zoals het woord bui dat zowel in de betekenis van neerslag als van gemoedstoestand is opgenomen.

Digiwak 2.0

De WAK is in 2011 gedigitaliseerd in de vorm van Digiwak. Dit programma is geüpdatet en met nieuwe faciliteiten uitgebreid in Digiwak 2.0. Binnen de thema’s zijn clusters gemaakt van maximaal negen met elkaar samenhangende woorden. Daarnaast is bij elk woord een afbeelding, een definitie en een voorbeeldzin is opgenomen. Door woorden niet geïsoleerd aan te bieden, maar geclusterd in een betekenisvolle context is het gemakkelijker om woorden te onthouden. Digiwak 2.0 bevat in totaal 9046 woorden; per groep neemt het aantal woorden toe: groep 3 – 1108 woorden, groep 4 – 1331 woorden; groep 5 – 1365 woorden; groep 6 – 1700 woorden; groep 7 – 1733 woorden; groep 8 – 1809 woorden. Bij het aanleren van woorden kan worden aangesloten bij de didactische aanpak van Met woorden in de weer van Van den Nulft en Verhallen (2009), die uit vier onderdelen bestaat: voorbewerken, semantiseren, consolideren en controleren. DigiWAK is te gebruiken met alle moderne internetbrowsers.

Nieuwkomers: start- en basiswoorden

Voor nieuwkomers is binnen Digiwak 2.0 een aparte selectie van woorden gemaakt. Deze bestaat uit 500 startwoorden afkomstig uit de lijsten voor groep 3 en 4, die relevant zijn voor alle nieuwkomers ongeacht hun leeftijd of de groep waarnaar ze vervolgens doorstromen. Naast de startwoorden is voor onder-, midden- en bovenbouw een selectie gemaakt van nog eens 500 basiswoorden, die verschillen voor leerlingen die doorstromen naar respectievelijk groep 3-4, groep 5-6 en groep 7-8. In totaal omvatten de lijsten voor de nieuwkomers dus 1000 woorden die voor de helft voor alle nieuwkomers identiek zijn en voor de andere helft verschillend afhankelijk van het verwachte doorstroomniveau.

Referenties

  • Alons, L. & Verhallen, S. (2010). Basislijst schooltaalwoorden. Amsterdam: ITTA.
  • Burke, M.D., Hagan-Burke, S., Kwok, O. & Parker, R. (2009). Predictive validity of early literacy indicators from the middle of kindergarten to second grade. The Journal of Special Education 42, 4. 209-226.
  • Gorey, K.M. (2001). Early childhood education: A meta-analytic affirmation of the short- and long-term benefits of educational opportunity. School Psychology Quarterly 16, 1, 9-30.
  • Hacquebord, H.I., Alberts, N. & Andringa, S. (2007). Streefwoordenlijst voor de eerste twee leerjaren van het voortgezet onderwijs. Arnhem/Groningen: Cito/Etoc.
  • Kuiken, F. & Droge S. (2010). Woordenlijst Amsterdamse Kinderen. Amsterdam: Universiteit van Amsterdam.
  • Loeb, S., Bridges, M., Bassok, D., Fuller, B. & Rumberger, R.W. (2007). How much is too much? The influence of preschool centers on children’s social and cognitive development. Economics of Education Review 26, 1, 52–66.
  • Marulis, L.M. & Neuman, S.B. (2010). The effects of vocabulary intervention on young children’s word learning: A meta-analysis. Review of Educational Research 80, 3. 300–335.
  • Mulder, F., Timman, Y. & Verhallen, S. (2009). Basiswoordenlijst Amsterdamse Kleuters. Amsterdam: ITTA.
  • Nulft, D. van den & Verhallen, M. & (2009). Met Woorden in de Weer. Praktijkboek voor het basisonderwijs. Bussum: Coutinho.
  • Sanders, M. (1990). Met andere woorden. Een onderzoek naar de omvang van de receptieve woordenschat van anderstalige brugklasleerlingen. Doctoraalscriptie Universiteit van Amsterdam.
  • Schrooten, W. & Vermeer, A. (1994). Woorden in het basisonderwijs: 15.000 woorden aangeboden aan leerlingen. Studies in Meertaligheid 6. Tilburg: Tilburg University Press.
  • Verhoeven, L. & Vermeer, A. (1993). Taaltoets Alle Kinderen Bovenbouw. Diagnostische toets voor de vaardigheid Nederlands bij allochtone en autochtone kinderen in de bovenbouw van het basisonderwijs. Tilburg: Zwijsen.
  • Verhoeven, L. & Vermeer, A. (2001). Taaltoets Alle Kinderen. Diagnostische toets voor de mondelinge vaardigheid Nederlands bij kinderen van groep 1 tot en 4. Arnhem: Cito.

Colofon

Woordenlijst Amsterdamse Kinderen (WAK):
Folkert Kuiken en Sarah Droge

Digiwak:
Folkert Kuiken, Maurits Schornagel, Matthieu Uittenbogaard

Digiwak 2.0:
Folkert Kuiken, Maurits Schornagel, Matthieu Uittenbogaard, Bureau ViaMia (vormgeving), Femke Scheltinga (nieuwkomers)

Met dank aan de subsidiegevers:

WAK:
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Nieuwkomers:
LOWAN-PO

Digiwak:
Gemeente Amsterdam, Universiteit van Amsterdam

Digiwak 2.0:
Universiteit van Amsterdam, Instituut voor Taalonderzoek en Taalonderwijs aan Anderstaligen (ITTA), Louisa Stichting, SIMON-scholen

Contact:

Stichting DigiWAK
Postbus 1637
1000 BP Amsterdam
E-mail: info@digiwak.nl
KvK-nummer: 63137151
BTW-nummer: 855108368B01

De algemene voorwaarden van DigiWAK zijn hier te downloaden.